Visie en ambities zijn geformuleerd, de eerste ideeën komen los. Maar hoe kom je van droom naar (succesvolle) daad? Welke weg kun je het beste bewandelen? Stefan Meinema en Bart Brandenburg vertellen hierover vanuit hun eigen digitale praktijkervaringen.
90 tot 95% van de afspraken wordt digitaal gemaakt
Enthousiast verhaalt InEen-lid Meinema (Directeur Bedrijfsvoering HZD) over de Drentse huisartsenpraktijk die gevestigd is in een Tiny House en werkt volgens het Amsterdamse concept Westerdokters. “De instroom van patiënten is helemaal veranderd. 90 tot 95% van de afspraken wordt digitaal gemaakt. Ook een deel van de triage vindt online plaats. Mensen kunnen beeldbellen, een terugbelconsult van de huisarts aanvragen en er zijn snelle consulten. Alles is planbaar. Patiënt en huisarts beslissen samen of het wijs is om naar de praktijk te komen.” Het voorbeeldproject in Drenthe kwam voort uit een dringend probleem: een acuut tekort aan huisartsen. Volgens Meinema zijn patiënten er heel blij mee en tonen waarnemende huisartsen serieuze belangstelling.
Gewoon huisartsgeneeskunde
Ook Bart Brandenburg (o.a. Programmamanager OPEN) zette ooit iets in gang waar hij trots op is. “Iets kleins”, zegt hij bescheiden. “In 2009 ben ik met een collega-huisarts het Tweet-spreekuur begonnen. Dat heeft ongelooflijk veel gebracht. Uiteindelijk hebben we een praktijk van ruim 3000 mensen bij elkaar getwitterd; zij stelden ons dagelijks vragen, soms met een foto. Mensen vonden het heel innovatief, maar in feite was het gewoon huisartsgeneeskunde.”
Waar Brandenburg eenvoudigweg begon zonder businessplan en uitvoeringstesten, pakte Meinema de voorbereiding grondig aan. En dat raadt hij iedereen aan. “We zijn begonnen met referentiearchitectuur: een schema waarin alle digitale systemen die we gebruikten in kaart zijn gebracht. Als je dat letterlijk allemaal getekend hebt, zie je pas hoe complex het is. Om de juiste beslissingen te nemen en voldoende impact te krijgen, heb je zoveel mogelijk informatie nodig. Dan kun je richting de zorgprofessionals voorstellen doen die direct waarde opleveren. Dat is echt nodig, anders gaat er niet veel gebeuren.”
Ideologische uitgangspunten
Brandenburg stopte uiteindelijk met het Tweet-spreekuur. “Omdat we aanliepen tegen de beperkingen van onze houtje-touwtje aanpak. Want het moet veilig, je wilt opschalen en daar is meer voor nodig.” Als je met een plan begint, zijn voor hem drie ‘ideologische’ uitgangspunten heilig. “Ten eerste moet het leven van de patiënt er beter van worden. Ten tweede moet je de technologie kunnen integreren in het dagelijks werk. En tot slot moet je uit alle opties verstandig kiezen voor dat wat echt werkt. Bij OPEN heb ik geleerd om lang en goed stil te staan bij die uitganspunten.”
Meinema stipt aan dat het ook belangrijk is om niet te afhankelijk te worden van één ICT-leverancier. “Dat lukt alleen als je voldoende schaalniveau hebt, dan kun je daarover onderhandelen.”
Plan niet dichttimmeren
Vandaag de dag is een plan noodzakelijk om financiering los te peuteren. Dat hoeft geen dik en dichtgetimmerd boekwerk te zijn, benadrukken Meinema en Brandenburg. Zeker niet als het om digitalisering gaat; de ontwikkelingen volgen elkaar simpelweg te snel op. Heldere uitgangspunten en een inspirerend verhaal, daar gaat het om. Dat laatste is ook belangrijk om de ‘kritische massa’ over de streep te krijgen. Elke willekeurige huisarts moet voelen dat het hem/haar raakt in de patiëntenzorg, en dat het er leuker op gaat worden.
“Als patiënten zelf online inzage in hun dossier hebben, helpt dat enorm”
De inbreng van patiënten bij planvorming blijkt nog in de kinderschoenen te staan. Ja, het zou moeten, maar het gebeurt mondjesmaat. Brandenburg denkt dat de patiënt ook via data kan spreken. “Want die laten zien welke e-diensten populair zijn, welke mensen er wel en niet gebruik van maken. En als patiënten zelf online inzage in hun dossier hebben, helpt dat ook enorm. Dat werkt betrokkenheid in de hand.”