Bestuurlijke samenwerking tussen (vertegenwoordigers van) huisartsen en apothekers in de regio is een voorwaarde voor zorginhoudelijke samenwerking en de financiering ervan. Daarbij heeft het de voorkeur dat elke beroepsgroep zich gerepresenteerd weet in een eigen entiteit. Dit was een veelgehoorde mening tijdens een invitational conference van InEen en KNMP.

“Mijn afdronk van de middag – en die van vele andere aanwezigen uit de apothekerswereld – was dat we ons gelijkwaardige gesprekspartners voelden van huisartsenbestuurders. Daar ben ik enthousiast over, want gelijkwaardigheid is essentieel voor de gezamenlijke voortgang. Op inspirerende wijze hebben we besproken wat onze beroepsgroepen bezighoudt en wat zou moeten komen.” Dat vertelt Miriam Stoks over de invitational conference van InEen en de Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering der Pharmacie (KNMP) op 29 februari. Zestien bestuurders van regionale huisartsen- en apothekersorganisaties waren van de partij. Het doel: samen onderzoeken hoe de samenwerking tussen huisartsen en apothekers in de wijk/regio kan worden gestimuleerd en versterkt. De achtergrond: de begin dit jaar afgeronde Visie eerstelijnszorg 2030, die het belang onderstreept van hechte wijkverbanden, waarvan in elk geval de huisarts, apotheker, wijkverpleging en het sociaal domein deel uitmaken. Nu is het tijd voor implementatie. Hoe worden de uitgangspunten vertaald naar zorginhoud, governance en financiering?

Succesvolle voorbeelden

Stoks, tevens dagvoorzitter tijdens de invitational conference, is bestuurslid van Landelijke Eerstelijns Farmacie (LEF), de vertegenwoordiger van de regionale apothekersorganisaties. Ook is ze als apotheker betrokken bij A-NIMO (de apothekerscoöperatie in Nijmegen en omgeving). Ze zegt”: “Laat ik vooropstellen dat er op kleinschalig niveau – bijvoorbeeld in gezondheidscentra – al veel mooie zorginhoudelijke samenwerkingen zijn tussen huisartsen, apothekers en vaak ook fysiotherapeuten en wijkverpleging. Maar wil je aan de slag gaan op regionaal niveau, wil je zaken borgen en gefinancierd krijgen in de geest van het IZA en de Visie eerstelijnszorg 2030, dan is samenwerking nodig tussen regionale organisaties van beroepsgroepen. Dat bleek uit de succesvolle voorbeelden die zijn gepresenteerd gedurende de invitational conference.”

‘Voor financiering in de geest van de Visie eerstelijnszorg 2030 is samenwerking nodig tussen regionale beroepsorganisaties’

Wijze van voorschrijven

Laat de zorginhoud de basis voor samenwerking zijn; de vorm van de samenwerking volgt hieruit. Dat was volgens Pascale Voermans de rode draad tijdens de bijeenkomst. “Ik beschouw dat als een quick win”, vertelt de voorzitter van de raad van bestuur van Stroomz, regionale eerstelijnsorganisatie (REO) voor de regio Eindhoven.

Ze legt uit: “Het ligt voor de hand dat verschillende beroepsgroepen afspraken maken om tot de best mogelijke patiëntenzorg te komen. Toch is dit lang niet overal vanzelfsprekend, bleek tijdens de middag. Neem een huisartsenpraktijk met 2000 patiënten in een gebied waar vijf apotheken zijn gevestigd. Op zich is dat geen probleem, maar dat wordt het wél als huisarts en apothekers geen afspraken hebben over bijvoorbeeld de wijze van voorschrijven en wat je doet bij een medicijntekort. In veel regio’s bestaan dergelijke afspraken, dus maak daar gebruik van als je ze nog niet hebt.”

Passende zorg

Voermans wijst op wijksamenwerkingsverbanden, bekostigd door zorgverzekeraar Zorg en Zekerheid, waarbij onder meer huisartsen en apothekers betrokken zijn. “Een mooie vorm, die stimuleert dat passende zorg wordt gegeven door de meest passende zorgverlener. Waar bijvoorbeeld voorheen werd gezegd dat huisartsen leidend waren bij medicatie, is overeengekomen dat apothekers soms de regie kunnen pakken. De apotheker is geschoold en ervaren op het vlak van medicatie. Die kan vaak uitstekend met de patiënt overleggen over bijvoorbeeld het stoppen met of wisselen van medicatie.”

‘Soms kan de apotheker zorg overnemen van de huisarts’

Monodisciplinair

Elke regio kent een regionale huisartsen- of eerstelijnsorganisatie. Zouden de apothekers zich moeten voegen bij de huisartsen? Of is het beter als de apothekers zich verenigen in een eigen entiteit? “Het laatste”, adviseert Voermans. “Kies allereerst voor monodisciplinaire samenwerking en zorg er als apothekers voor dat je op één lijn zit. Dan heb je in de regio én een huisartsenorganisatie én een apothekersorganisatie: een situatie om gelijkwaardig samen te werken en afspraken te maken.”

Stoks is ook voorstander van dit scenario. “Met een goede regionale apothekersclub, die een mandaat heeft van leden, weet je wat je samen wilt en waar je samen voor staat. Een les die ik tijdens de invitational conference heb geleerd, is dat een regionale apothekersorganisatie tegelijkertijd haar voordeel kan doen met de bestaande structuur van een regionale huisartsenorganisatie. Je moet natuurlijk voorkomen een soort ‘onderaannemer’ te worden, maar je kunt baat hebben bij bijvoorbeeld de kennis over financieringsvormen die de regionale huisartsenorganisatie heeft.”

Miriam Stoks – bestuurslid Landelijke Eerstelijns Farmacie (LEF)
Pascale Voermans – voorzitter raad van bestuur Stroomz