Amsterdamse huisartsenalliantie aan de slag met regioplan
In Amsterdam trekken sinds begin 2020 acht zorggroepen, de LHV-Huisartsenkring en de Huisartsenposten Amsterdam samen op in de Amsterdamse huisartsenalliantie (AhA). Inmiddels ligt er een gezamenlijk regioplan met doelen op zes inhoudelijke thema’s. De koers is helder en er is voldoende commitment. Een succesvolle uitvoering bij alle praktijken vraagt om een financieel gelijk speelveld. Dat ontbreekt nog.
Eigenlijk was het helemaal niet zo moeilijk om alle 500 huisartsen te overtuigen van het belang van een regionale netwerkorganisatie, vertelt Francine Francke, directeur van zorggroep GAZO Gezondheidscentra en tevens AhA-bestuurslid. “Er gebeurt zoveel in zorgland met de huisartsen als belangrijke spil. Zij snappen heel goed dat voor goede samenwerking met partners een sterke vertegenwoordiging belangrijk is.”
“We leren van en met elkaar”
Ook de invulling van het regioplan voor 2020 ging vrij soepel, aldus Francke. Er werden zes thema’s benoemd: sociaal domein, chronische zorg, ouderenzorg, GGZ, spoedzorg en samenwerking 1e-2e-3e lijn. Er zijn doelen en subdoelen beschreven. Elk thema heeft een trekker die het voortouw neemt, een werkgroep en een aanspreekpunt binnen het dagelijks bestuur. Het algemeen bestuur, waarin alle zorggroepen zitting hebben, neemt de formele besluiten. “We leren van en met elkaar. Alles wat er al is, komt onder de paraplu van de alliantie, dat is het belangrijkste groeiproces.”
Strategische keuzes
Voor alle duidelijkheid: de alliantie richt zich alleen op wat van strategisch belang is voor heel Amsterdam. “Dat is best spannend. Wat pak je op voor de stad en wat laat je bij de zorggroepen? Neem persoonsgerichte zorg. We hebben dat besproken en geconcludeerd dat dit gaat over de haarvaten in de wijk, de persoonlijke contacten. Niet strategisch, zo is besloten. Een ander belangrijk onderwerp is de arbeidsmarkt. Pak je dit gezamenlijk op of niet? Daar zijn we nog niet uit.”
“Wat pak je op voor de stad en wat laat je bij de zorggroepen?”
De grootste ambitie voor nu is zorgen voor een goede samenwerking en voor een sterke vertegenwoordiging naar externe partijen, benadrukt Francke. Om dat voor elkaar te krijgen, is een financieel gelijk speelveld noodzakelijk. “Zorgverzekeraars willen dat regio-organisaties voor de O&I-gelden als één kassier optreden, maar dat is lastig. De zorggroepen zitten vanuit de inhoud samen aan tafel, maar de een ontvangt meer geld dan de ander. Dat is historisch zo gegroeid en zorgt voor onrust. Het zou enorm helpen als in de overgangssituatie naar een gelijk speelveld, ruimhartiger geïnvesteerd wordt.”
Al veel bereikt
Ondanks deze hobbel is er in de hoofdstad al veel bereikt. Concrete resultaten waar patiënten van profiteren, licht Francke toe. “De huisartsen zijn veel zichtbaarder geworden, zitten vaker aan tafel en tellen als factor meer mee. Bij de invoering van de Amsterdamse buurtteams worden de huisartsen nu goed meegenomen. Ook de externe partners zijn hier blij mee.” Een ander voorbeeld is de nieuwe praktijkondersteuner ouderen bij GAZO Gezondheidscentra. “Dat is mogelijk geworden doordat we stadsbrede afspraken hebben gemaakt, onder andere over de financiering door Zilveren Kruis. In ons eentje hadden wij geen eigen POH ouderen kunnen aantrekken.”
Koers verstevigen
Volgend jaar zal de Amsterdamse alliantie de huidige koers voortzetten en verstevigen. De GGZ, transmurale zorg en ICT zijn thema’s die wat extra aandacht krijgen. “En verder hopen we op voldoende financiële middelen om te professionaliseren, zodat we in 2022 onze stip op de horizon bereiken.”