Het is niet eerder vertoond: zes partijen die acute zorg leveren in de ANW-uren, gaan één entiteit vormen. In Beverwijk moet in de tweede helft van volgend jaar de Spoedeisende Medische Dienst (SEMD) operationeel zijn. “We willen zowel de efficiëntie als de kwaliteit van de spoedzorg vergroten in de regio Midden-Kennemerland.”

Ketenzorg of niet, in de praktijk zegt de ene organisatie vaak tegen de andere: “Het is onze patiënt” of “Het is jullie patiënt”. Of: “Het is ons budget” of “Het is jullie budget”. Mark van Zanten, SEH-arts in het Rode Kruis Ziekenhuis in Beverwijk, vertelt: “Organisaties schuiven acute zorg dikwijls af of trekken die juist naar zich toe. Terwijl we voor de instroom, doorstroom en uitstroom van patiënten juist ontzettend afhankelijk zijn van elkaar. In de SEMD werken we straks daadwerkelijk samen en maken we afspraken over zeggenschap en eigendom, waardoor we ons samen verantwoordelijk voelen.”

“Voor de in-, door- en uitstroom van patiënten zijn we ontzettend afhankelijk van elkaar”

Inspireren

De belangstelling van vele zorgregio’s was gewekt toen in maart bestuurders in Midden-Kennemerland hun handtekening zetten onder de intentieverklaring voor de SEMD. Het heeft de potentie van een koploperproject; een initiatief dat bij gebleken succes andere regio’s kan inspireren.

Begin 2024 moet de bijzondere entiteit een feit zijn. Die wordt gevormd door huisartsenorganisaties (Huisartsenvereniging Midden-Kennemerland en Huisartsenspoedpost Beverwijk), een ggz-aanbieder (Parnassia-Groep), VVT-organisatie (ViVa! Zorggroep), ambulancedienst (RAV Kennemerland) en een ziekenhuis (Rode Kruis Ziekenhuis). Op het terrein van het ziekenhuis verrijst nieuwbouw, met daarin onder meer het gezamenlijke spoedplein. In de tweede helft van volgend jaar moet het in bedrijf zijn.

Efficiëntieslag

De SEMD is onder meer een antwoord op het toenemende aantal kwetsbare ouderen en de dalende hoeveelheid zorgverleners, zegt van Zanten, als medisch manager SEH verbonden aan het project. “Als we op de huidige voet doorgaan, matchen het patiëntenaanbod en het aantal zorgprofessionals straks niet meer. Er is een vernuftige efficiëntieslag nodig.”

Een recente casus tijdens een HAP-dienst van huisarts Joyce de Vries is illustratief. Zij speelt als medisch manager van de HAP een rol bij de totstandkoming van de SEMD. “Op de HAP meldde zich een oudere dame die was gevallen. Ik stuurde haar voor beeldvormend onderzoek naar de SEH. Haar pols bleek gebroken. Ze kon daarmee niet terug naar huis. Daarna probeerden we een plek te vinden in een verpleeghuis. Vergeefs. Uiteindelijk werd mevrouw opgenomen in het ziekenhuis, maar daar bezette ze een bed waarvoor ze eigenlijk niet in aanmerking kwam. Het hele traject duurde uren en uren. In de SEMD gaat dat straks anders. Dan kan meteen ter plekke beeldvorming plaatsvinden en schatten we al eerder in of een plek in een verpleeghuis moet worden gezocht. Een VVT-verpleegkundige gaat daar dan direct mee aan de slag.”

Governance

Welke rechtsvorm krijgt de entiteit? Hoe wordt de governance ingericht? Hoe loopt de financiering? Dit soort vragen wordt in de komende maanden beantwoord, mede met behulp van transformatiegelden uit het IZA. “De NZa en zorgverzekeraar Zilveren Kruis zijn nauw betrokken bij dit soort vraagstukken”, zegt Peter van Felius, programmamanager SEMD.

Een andere kwestie is de personele bezetting. Van Felius: “Ik verwacht dat een deel wordt gedetacheerd vanuit de participerende organisaties en een deel in dienst zal zijn bij de SEMD. We denken niet vanuit functies, maar redeneren vanuit de binnenkomende patiënten. Wat zijn de ingangsklachten en welke competenties vereisen die van het nieuwe team?” Van Zanten: “Waarschijnlijk zit een deel van de efficiëntieslag in het voor personeel uitdagend combineren, rouleren en verbreden van takenpakketten. Denk aan de persoon achter de balie die straks misschien een aandeel heeft in het oplossen van de transfervraag.”

Lef

De SEMD bestaat feitelijk nog niet. Kunnen toch al succesfactoren worden genoemd? De Vries noemt ‘lef’. “Naar aanleiding van het IZA hebben onze huisartsen het ANW-plan geschreven. Ze staken hierin als eersten hun nek uit door in de ledenvergadering te stellen dat gezamenlijkheid essentieel is om ketenproblemen aan te pakken. De huisartsen durfden het aan de bestaande HAP-structuur op zijn kop te zetten voor een structuur met meerdere organisaties.”

“De huisartsen durfden het aan de bestaande HAP-structuur op zijn kop te zetten”

Van Zanten: “Voor mij zit de kern in het weten te creëren van gezamenlijkheid, gelijkwaardigheid en gedeelde zeggenschap. Dat dus iedereen een noodzaak en verantwoordelijkheid voelt en niet het idee heeft te worden uitgenodigd voor een initiatief van een ander. Verder heb je een goed programmateam nodig. Het is belangrijk en noodzakelijk dat zorgverleners meedenken vanuit de praktijk, maar vanwege hun tijdgebrek is voor de uitwerking van hun ideeën ondersteuning nodig door een programmateam.”


Foto: Vlnr: Mark van Zanten, Joyce de Vries en Peter van Felius

Bekijk ook

Aanmelden nieuwsbrief

Ontvang updates en nieuws over de eerstelijnszorg.

  • Dit veld is bedoeld voor validatiedoeleinden en moet niet worden gewijzigd.